“Ulf the Wolf” (2)
Mijn aandacht werd laatst getrokken door het artikel van 13 mei dat Gert Ligterink onlangs publiceerde over het nieuwe boek dat over Ulf Andersson is gepubliceerd. Ik had over de Zweedse grootmeester al eerder een artikel geschreven getiteld “Ulf the Wolf” . Met dit boek, getiteld Grandmaster Chess Strategy en geschreven door Jürgen Kaufeld en Guido Kern, wordt in elk geval een leemte in de schaakgeschiedenis gevuld.
Ik ken de Zweed een klein beetje. In mijn toenmalige hoedanigheid als Topsportcoördinator van de schaakbond was ik indertijd belast met het regelen van trainingen voor topjeugd. Een van de jeugdspelers die ik onder mijn hoede had, was Dennis de Vreugt. Toen ik er lucht van kreeg dat Andersson in ons land was, heb ik een paar trainingen voor hem geregeld. Ik vertelde Dennis dat hij met Andersson aan het juiste adres was om het positiespel en de eindspeltechniek onder de knie te kunnen krijgen. De trainingen bevielen uitstekend. En in de gesprekken vooraf en na afloop, kan ik zeggen dat ik zelden een topspeler heb ontmoet die zo vriendelijk en bescheiden was. In eerdergenoemd artikel schreef ik dat hij voor mij een soort “Cultheld” was. Ik heb Andersson daarom schertsend gevraagd waarom er nog geen biografie over hem was verschenen. Hij wimpelde het idee af. Hij reisde de wereld over om te schaken, niet om over schaken te schrijven. En dan al zeker niet over hemzelf. Ik probeerde hem nog te ontfutselen dat als hij ooit zijn mening zou veranderen, ik graag een boek over hem zou willen samenstellen. Zijn behandeling van het positiespel, de originele ideeën in het “Egelsysteem” zouden al een schat aan prachtig materiaal opleveren. Van zijn fluwelen eindspeltechniek kan menig hedendaags talent het nodige opsteken. Zeker met de uitvluggerfases die in het tegenwoordige schaak plaatsvinden, zie je dat eindspelen vreselijk worden mishandeld. Dat komt enerzijds door tijdgebrek, anderzijds ook door onkunde. Andersson had een grote specialiteit: het afwikkelen naar eindspelen waarin hij de goede stukken overhield, de tegenstander de verkeerde. Het meest duidelijk komt dat naar voren in eindspelen waarin hij speelt op het goede paard tegen de slechte loper. In onderstaand fragment stevent hij vanuit de opening regelrecht af naar dit bewuste eindspel. De wijze waarop hij afwikkelt is bijzonder leerzaam. Ik heb er maar meteen een strategisch quizje van gemaakt. Kunt u uw eindspeltechniek nog even testen! Veel plezier.
VRAAG 1: Met welke zeer diepzinnige zet weet wit het voordeel dat hij heeft om te zetten in iets concreets?
34… Df7
VRAAG 2: Wat is nu voor wit de beste manier om verder te gaan?
35… Lf6 36. Txf7! Lxb2 37. Txf8+ Kxf8
VRAAG 3: En nu?
38… Txe1+ 39. Kxe1 Kf7 40. Ke2 Ld4
VRAAG 4: Met welke zet gaat wit zijn voordeel proberen uit te bouwen?
41… h5 42. Kf3 Ke6 43. h3 Lb2 44. Ke4 Lc1 45. g4 hxg4 46. hxg4 Lb2 47. a4 La1
VRAAG 5: In een dergelijk eindspel moet nog altijd nauwkeurig gespeeld worden. De tegenstander mag geen tegenkansen meer krijgen. Hoe doet wit dat terwijl hij er ook voor zorgt dat hij vorderingen maakt?
48… Lb2 49. f5+ gxf5+ 50. gxf5+ Kf6
VRAAG 6: Hoe kan wit ervoor zorgen dat het geen wedloop meer wordt? Met andere woorden: wat is de optimale voortzetting?
51… d5+ Paniek. [Maar ook na 51… Le5 52. Kd5 Kxf5 53. Pxd6+ is de partij voorbij.] 52. Kxd5 Kxf5 53. Pd6+ Kf6 54. Pe4+ Een beetje sadistisch gespeeld… 54… Ke7 55. Pxc5 a5 56. Kc6 Lc3 57. Pb7 En opgegeven: wit verovert zonder slag of stoot pion a5 en met twee pionnen meer is het afspelen hiervan een fluitje van een cent geworden. Een sterke partij van "Ulf the Wolf". 1-0
Dit fragment via de viewer:
Overzicht eerdere columns: